zaterdag 20 augustus 2011

Size doesn’t matter

Or does it? Brussel heeft in ieder geval de hoogste van het land, de Zuidertoren. Met zijn 150 meter en 38 verdiepingen was hij tot in 1972 zelfs de hoogste van Europa. De mastodont werd afgewerkt in 1967 en is sindsdien de thuisbasis van de overheidsdienst pensioenen.


In het begin van de 21ste eeuw werd de toren helemaal gerenoveerd. Het asbest werd verwijderd en voor in het geval van brand bouwden ze zelfs een waterreservoir van dertigduizend liter op de 29ste verdieping. Daarnaast werden er ook liften geïnstalleerd die de bezoekers nu aan 4 meter per seconde naar de top brengen. Deze is jammer genoeg niet toegankelijk voor het publiek… maar geeft wel het meest formidabele uitzicht over de Europese hoofdstad:


De Pensioentoren werd opgemaakt volgens een uniek architecturaal plan. Kort door de bocht kunnen we dit een beetje vergelijken met de structuur van een boom. De ‘voet’ van de toren is aanzienlijk smaller dan de rest van het bouwwerk en loopt vervolgens als een stam omhoog tot aan de top. Iedere verdieping is vervolgens opgebouwd zoals takken die vastgemaakt zijn aan deze stam.


Voorlopig staat de Zuidertoren nog eenzaam in dit stukje verpauperd en laagbebouwd Brussel. Hopelijk komt daar in de toekomst verandering in. De Franse architect Jean Nouvel heeft immers het boude plan opgevat om het nabijgelegen Zuidstation onder handen te nemen. Wordt dit eindelijk het antwoord op het bloedmooie Antwerpen-Centraal?


zaterdag 13 februari 2010

Hoeilaarts Hippodromen

De krakende stem van een overactieve omroeper schalt door de luidsprekers, opgeklede bourgeoisie met sigaret en Martini in de hand schuifelen op een ondergrond bezaaid met weddenschapsticketjes… zo moet een doordeweekse zondag in de jaren tachtig er volgens mijn verbeelding op deze plek uitgezien hebben. Het contrast met vandaag had moeilijk nog groter gekund.


Een desolate witte sneeuwvlakte in de verte, krakende glasscherven en vergane glorie om iedere hoek. Welkom in de hippodroom van Hoeilaart. De tribune dateert nog maar uit 1985, maar kon het einde van de hippodroom alleen maar uitstellen, niet tegenhouden. Al meer dan een decennium staat deze plek eenzaam te verkommeren in het Zoniënwoud.


Deze ligging werd in 1887 echter niet met de losse hand gekozen. De groeve van Groenendaal was door zijn kale bodem immers de ideale ondergrond. En daarbij vond de toenmalige koning Leopold II (die voor een groots bouwwerkje meer of minder nooit zijn hand heeft omgedraaid) dat de nabije hippodroom van Bosvoorde een toch wat te scherpe bocht had en er in Hoeilaart/Groenendaal wel iets nieuws mocht neergepoot worden. In de twintigste eeuw groeide de hippodroom vervolgens uit tot een van de grootste en meest populaire in Europa. Ze kreeg zelfs haar eigen spoorwegverbinding.


Op het einde van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig werd het echter duidelijk dat het feestje bijna over en uit was. De spoorwegverbinding werd definitief opgebroken en het aantal geïnteresseerden nam zienderogen af. Niet toevallig werd rond deze periode de Lotto immens populair. En wat men spendeert aan vakjes kruisen, kan men niet meer uitgeven om op paardjes te verwedden. Paardenrennen als zondagse ontspanning was voorbij. Naast de oude koningsloge werd in de jaren tachtig nog een nieuwe tribune neergepoot maar ook deze kon het tij niet meer keren. In de jaren negentig viel het doek definitief over de hippodroom en werd het niets meer dan een vergeten en desolaat stukje erfgoed. Een stukje erfgoed dat sinds kort zelfs met de sloophamer bedreigd wordt… zij het niet zonder de jongens en meisjes op facebook, die zijn immers een petitie gestart tegen de afbraak.

maandag 16 maart 2009

Onbekende schuilkelder onder het Vossenplein

Drie uur in de namiddag. De dagelijkse rommelmarkt op het Vossenplein in de Marollen is net afgelopen en enkele sjofele handelaars laden hun laatste onverkochte spullen weer in de vrachtwagen. De eerste reinigingsploegen van Brussel Net arriveren en beginnen aan de schoonmaak. Niemand van hen is zich bewust van het stukje Brussels erfgoed dat onder hun voeten ligt. Net voor het begin van de tweede wereldoorlog in 1939 legde de hoofdstad namelijk een openbare schuilkelder aan onder het Vossenplein.


Tussen 1940 en 1944 zochten honderden Brusselaars soms urenlang hun toevlucht tot deze ruimte van 300 m² in het dichtbevolkte stadsdeel. De bunker kan tussen de 250 en 300 mensen beschermen tegen bombardementen en heeft zelfs aparte toiletten voor vrouwen en mannen. De ligging onder het Vossenplein was trouwens geen toeval. Niet alleen is het vlakbij de oude brandweerkazerne, ook de kans op geblokkeerde uitgangen na een bombardement zijn er veel kleiner.


Na de Duitse bezetting raakte de bunker echter in onbruik en werd hij door het overgrote deel van de Brusselaars vergeten. Toch is er weer hoop voor het stukje Brussels erfgoed, de stad zou immers interesse hebben om er oorlogsmuseum in onder te brengen.